Experiment 4: Lopend vuur

🤔 Wat ga je doen?

Wist je dat een kaars helemaal niet zelf brand? Gek he! In dit experiment ontdek je hoe het echt zit.

Wat heb je nodig? Verzamel eerst deze spullen, voordat je met de opdracht aan de slag gaat:

👉 Aan de slag!

STAP 1: Controleer of de kaars stevig en recht in de kaarshouder staat.

STAP 2: Steek de kaars aan en laat de deze 30 seconden branden.

STAP 3: Nu moet je snel handelen:

  • Zorg dat de aansteker een vlam heeft.
  • Maak de kaars uit met de vlam dover.
  • Houd de vlam van de aansteker in de rook van de kaars.

STAP 4: Wat zie je gebeuren? Vanaf hoe ver kun je de kaars aansteken?

STAP 5: Bespreek je bevindingen.

👩‍🏫 Hoe kan dat nou?

Vaak denkt men dat de kaars zelf brand. Dat is niet zo. Het gas dat uit het lontje komt brandt. Door de warmte die ontstaat smelt er steeds nieuw kaarsvet. Dit gesmolten vet wordt door de lont opgezogen en verdampt weer uit de lont. De ontstane damp brandt dan weer. Op deze manier blijft de kaars branden. Bij het uitblazen van een kaars zie je de damp. Meestal kun je deze damp ook ruiken.

Bij een kaars is het dus de damp (een gas) dat brandt en niet de kaars zelf. Weet jij ook hoe het met hout zit? Brandt het hout of is er iets anders dat brandt?

Probeer het maar eens uit met een lucifer of kijk eens goed naar een flink kampvuur.